Het merendeel (79 procent) van de bedrijven uit het mkb heeft dit jaar maatregelen genomen om de bedrijfsvoering duurzamer te maken. Dit meldt het CBS op basis van de maandelijkse conjunctuurenquête die begin september 2022 werd gehouden.
Het onderzoek is gedaan onder bedrijven in de industrie, auto- en detailhandel en de dienstverlening. Van alle bedrijven die aan de enquête deelnamen zegt 39 procent een combinatie van maatregelen te hebben genomen. Het gaat dan bijvoorbeeld om het verduurzamen van het energieverbruik, het terugdringen van de uitstoot of stappen zetten in de circulaire economie.
Bijna 20 procent van de ondervraagde bedrijven zegt vooral in het energieverbruik te hebben vergroend. Bedrijven die actief zijn in het onroerend goed, de cultuursector, sport en recreatie deden dat vaker dan bedrijven in andere sectoren. Bedrijven in de vervoer- en opslagsector werkten met name aan het terugdringen van hun uitstoot, terwijl in de horeca juist veel circulaire maatregelen werden genomen, zoals het hergebruik van materialen.
Afhankelijkheid van derden kan verduurzaming belemmeren
Voor bijna een kwart van de ondernemers is de afhankelijkheid van derden de belangrijkste belemmering bij het verduurzamen van het bedrijf. Bijna 13 procent noemt een tekort aan financiële middelen als belangrijkste belemmering. Een bijna even grote groep (12 procent) ziet te weinig voordelen van verduurzaming. Daar staat tegenover dat ruim 3 op de 10 bedrijven geen belemmeringen ervaren bij het verduurzamen.
Ondanks het grote aantal bedrijven dat dit jaar maatregelen nam, geeft ruim 60 procent van de bedrijven aan belemmeringen te ervaren in het verduurzamen van hun bedrijfsvoering. De meest genoemde belemmering is de afhankelijkheid van andere partijen die aan de verduurzaming moeten meewerken. In de horeca (23 procent), cultuur, sport en recreatie (30 procent) werd een tekort aan financiële middelen het vaakst genoemd als beletsel voor verduurzaming.
Een derde vindt bedrijfsvoering grotendeels of geheel duurzaam
Een derde van de bedrijven beoordeelt hun bedrijfsvoering als grotendeels of helemaal duurzaam. Bijna de helft zegt dat hun bedrijf deels duurzaam werkt, en volgens 15 procent is het bedrijf in kleine mate duurzaam. De uitkomsten betekenen niet dat alle economische activiteiten even duurzaam zijn. Bedrijven vergelijken hun prestaties bijvoorbeeld eerder met normen, collegabedrijven of verduurzamingsmogelijkheden binnen hun bedrijfstak dan dat zij zich vergelijken met (duurzamere) andere bedrijfstakken.
Bedrijven willen best verduurzamen maar het gaat mondjesmaat
Toch klinkt er ook een ander geluid. Uit onderzoek van KPMG onder grote beursgenoteerde ondernemingen blijkt ook dat de weg naar een duurzame operatie nog lang is. Maar een klein aantal bedrijven hebben hun doelstellingen, strategie, processen en systemen echt op orde voor een duurzame operatie. Als het gaat om zogeheten Environmental (milieu), Social (samenleving) en Governance (goed bestuur) oftewel ESG thema’s richten ondernemers zich vooral op besparing van materialen en gezondheid van medewerkers. Blijkbaar is winstgevendheid nog altijd de belangrijkste drijfveer voor de route naar duurzaamheid. Impact op het klimaat en biodiversiteit staan vooralsnog laag op de agenda.
Onderdeel van de ESG is de invoering van Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) vanaf 2023. Het betekent dat grote ondernemingen hun duurzame doelstellingen in hun strategie moeten verankeren. Dit heeft uiteindelijk ook effect op het MKB omdat deze bedrijven in de keten ook hun eisen gaan stellen aan een duurzame operatie van hun toe- en afleveranciers.
Meer informatie
Artikel CSRD: Europese duurzaamheidsverslaggeving “niet vrijblijvend”
Artikel Scope 3 als ketenanalyse raakt grote en kleine ondernemingen